– 12
Alle toevoerleidingen naar de pomp
controleren.
– Lucht in het systeem
Pomp ontluchten:
Reinigingsmiddel-doseerapparaat op
„0“ stellen.
Watertoevoer openen.
Motor overeenkomstig de gebruiksaan-
wijzing van de motorfabrikant starten.
Voor de ontluchting van het apparaat
de sproeier losschroeven en het appa-
raat laten draaien tot het water zonder
luchtbellen vrijkomt.
Apparaat uitschakelen en sproeier op-
nieuw vastschroeven.
– Pomp ondicht
Instructie: Toegelaten zijn 3 druppels/mi-
nuut.
Bij sterkere ondichtheid het apparaat
door de klantendienst laten controleren.
– Toevoerleidingen naar de pomp ondicht
Alle toevoerleidingen naar de pomp
controleren.
– Lucht in het systeem
Pomp ontluchten:
Reinigingsmiddel-doseerapparaat op
„0“ stellen.
Watertoevoer openen.
Motor overeenkomstig de gebruiksaan-
wijzing van de motorfabrikant starten.
Voor de ontluchting van het apparaat
de sproeier losschroeven en het appa-
raat laten draaien tot het water zonder
luchtbellen vrijkomt.
Apparaat uitschakelen en sproeier op-
nieuw vastschroeven.
– Reinigingsmiddel-zuigslang met filter
ondicht of verstopt
Reinigingsmiddel-zuigslang met filter
controleren/reinigen.
– Terugslagklep in de aansluiting van de
reinigingsmiddel-zuigslang vastge-
kleefd
Terugslagklep in de aansluiting van de
reinigingsmiddel-zuigslang reinigen/
vervangen.
– Reinigingsmiddel-doseerapparaat is
gesloten of ondicht/verstopt
Reinigingsmiddel-doseerapparaat ope-
nen of controleren/reinigen.
– Sproeikop verstopt
Sproeikop reinigen.
– Kalkaanslag in het apparaat
Apparaat ontkalken.
– Zeef in watertekortbeveiliging vervuild
Zeef reinigen.
– Overstroomventiel defect
Overstroomventiel vervangen (klanten-
dienst).
– Brandstofreservoir leeg
Bijvullen.
– Watertekort
Wateraansluiting controleren, toevoer-
leidingen controleren.
Zeef in de watertekortbeveiliging reini-
gen.
– Brandstoffilter verontreinigd
Brandstoffilter vervangen.
– Geen ontstekingsvonk
Indien bij de werking door het kijkglas
geen ontstekingsvonk zichtbaar is,
moet het apparaat door de klanten-
dienst gecontroleerd worden.
Hogedrukpomp ondicht
Hogedrukpomp klopt
Apparaat zuigt geen
reinigingsmiddel aan
Overstroomventiel gaat bij een
geopend handspuitpistool steeds
open / dicht
Brander ontsteekt
78 NL
Comments to this Manuals